Warmtewet 2 is een belangrijke stap voor gemeenten
De Warmtewet 2 is 22 juni in consultatie gegaan. De wet helpt gemeenten binnen de wijkgerichte aanpak om woningen aardgasvrij te maken.
Gemeenten die gekozen hebben voor de aanleg van een warmtenet, ervaren de huidige regelgeving als knellend. Gemeenten geven aan dat het onder meer ontbreekt aan heldere besluitvormingskaders en inzicht in financiële consequenties. Warmte is een relatief complex product dat diverse kwaliteitsparameters kent (temperatuur, druk, debiet, et cetera). Het ene warmtesysteem is het andere niet en ze zijn onderling ook niet zomaar te koppelen. Bovendien kent niet alleen het warmtenet (de infrastructuur) kenmerken van een monopolie, veelal is er ook een grote afhankelijkheid van slechts één of enkele warmtebronnen die de basis- en pieklast verzorgen. Hiervoor is een systeemwijziging gewenst die middels de Wet collectieve warmtevoorziening (Warmtewet 2) wordt doorgevoerd. Het Klimaatakkoord noemt een gewenste invoeringsdatum voor de Warmtewet 2 van 1 januari 2022.
Wat verandert er?
Gemeenten krijgen op basis van Warmtewet 2 de bevoegdheid om te beslissen over de keuze voor het duurzame alternatief voor verwarming via aardgas. Op basis van een proces dat onder meer een transitievisie warmte, een uitvoeringsplan en een participatietraject met bewoners en andere stakeholders en overheden omvat, besluit de gemeente in een omgevingsplan wat per wijk/gebied het alternatief voor aardgas wordt en wat de planning is voor de realisatie van dit alternatief. Per gebied (warmtekavel) wordt daartoe een warmtebedrijf aangewezen. Het warmtebedrijf heeft de wettelijke taak om een collectief warmtesysteem binnen een warmtekavel tegen zo efficiënt mogelijke kosten met een duurzame en betrouwbare kwaliteit te realiseren. Het warmtebedrijf wordt daarbij integraal verantwoordelijk voor de gehele warmteketen, van productie en distributie tot levering.
De Warmtewet 2 is één van de instrumenten die invulling geeft aan de randvoorwaarden die gemeenten hebben gesteld bij de ondertekening van het Klimaatakkoord. Over de invulling van de wet heeft de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) samen met andere decentrale overheden de afgelopen maanden intensief overlegd met het ministerie van EZK. Daarbij heeft de VNG de input van gemeenten meegenomen. Veel van deze input is verwerkt in de Warmtewet 2.
Aanvullingen
In de Warmtewet die nu in consultatie gaat, zijn enkele elementen opgenomen die tijdens de consultatie in samenwerking met het ministerie nader worden ingevuld. Deze zijn:
- De mogelijkheid dat een warmtebedrijf niet zelf over het eigendom van het warmtenet beschikt.
- De mogelijkheid dat publieke netwerkbedrijven een rol spelen in de infrastructuur van het collectieve warmtesysteem.
- Welke nadere regels voor toegang tot warmtesystemen wenselijk zijn om de koppeling van warmtesystemen van verschillende warmtebedrijven beter mogelijk te maken.
De Wet collectieve warmtevoorziening (Warmtewet 2) is 22 juni in consultatie gegaan. De einddatum van de consultatie is 7 augustus 2020. Vakbeurs Energie besteedt uiteraard ruim aandacht aan de gevolgen van Warmtewet 2 en beschikbare warmtesystemen.